‘’Er is meer aandacht voor Indische en Molukse ouderen nodig’’

26/08/2020

In deze reeks interviews laten we een van de projectpartners van ‘Gezond ouder worden in twee werelden’ aan het woord. In deze eerste aflevering spreken we Josselien Verhoeve, coördinator van Regio Overijssel en medewerker sociale dienstverlening van Stichting Pelita, de organisatie die zich richt op mensen uit voormalig Nederlands-Indië.

Wat speelt er binnen deze groep?

‘’Er is nu weinig aandacht voor de Indische en Molukse ouderen. Deze mensen stellen zich vaak bescheiden en dienstbaar op, je hoort ze nooit. Het is belangrijk om te weten dat deze ouderen een oorlog hebben meegemaakt in Nederlands-Indië, dat er daarna een onafhankelijkheidsoorlog plaatsvond en een gedwongen migratie naar Nederland. Deze mensen hebben aangeleerd om te zwijgen. Zij dachten altijd dat niemand op hen zat te wachten en dat niemand wilde luisteren, ook nu niet. Daarom vragen of vertellen zij niets. Op de vraag of het goed met hen gaat zullen ze altijd zeggen ‘goed’. Dat maakt het erg lastig om erachter te komen wat hun hulpvraag is.’’

Waaraan kun je dit te merken?

‘’Dit probleem kwam ook naar voren tijdens de overleggen die ik heb gehad met verschillende zorginstellingen. De zorgverleners waren vaak heel verbaasd over de zorgvraag van deze ouderen, omdat ze deze nooit hoorden. En dat is nu juist het probleem. Ik heb dit zelf ook meegemaakt, als dochter van twee Indische ouders. Mijn moeder woonde in een ‘wit’ verpleeghuis. Daar zei de verpleging altijd dat mijn moeder zo lief en rustig was, en dat iedereen welkom was bij haar voor een kopje koffie. Maar ik wist wel beter; mijn moeder deed alleen alsof ze geen hulp nodig had. Deze mensen hebben een cultuurspecifieke benadering nodig. Het is belangrijk dat hier aandacht voor komt.’’

Je hebt hier dus, naast je werk, ook persoonlijk ervaring mee?

‘’Dat klopt, in onze cultuur is het heel normaal dat kinderen voor hun ouders zorgen. Dat doen we natuurlijk ook met mantelzorg, maar het is toch anders. De aanloop voor mijn moeder van zelfstandig wonen naar een aanleunwoning en uiteindelijk naar het wonen in een zorginstelling ging daarom heel moeizaam. En wij als kinderen van Molukse of Indische ouders gaan door tot we er bij wijze van spreken bij neervallen.’’

Op wie is het onderzoek van Stichting Pelita gericht?

‘’Ons project is tot stand gekomen doordat we mét de ouderen wilden praten, en niet over hen. In eerste instantie stond binnen ons onderzoek de eerste generatie Indische en Molukse ouderen centraal. Na brainstormen is het toch de tweede generatie geworden waarop we ons gaan richten. Dat heeft twee redenen; allereerst weten zij als mantelzorgers heel goed wat hun ouders, de eerste generatie, nodig hebben en waar zij in hun zoektocht naar ondersteuning en zorg tegenaan lopen. Daarnaast zijn zij de toekomstige oudere generatie.’’

Josselien Verhoeve aan het werk bij Stichting Pelita

Wat gaan jullie precies doen binnen jullie onderzoek?

‘’In het project wordt verkend wat de behoeften zijn van Indische en Molukse ouderen ten aanzien van wonen, zorg en zingeving. Daarnaast wordt onderzocht hoe in deze behoeften kan worden voorzien. We gaan gebruik maken van focusgroepen. We wilden in het voorjaar beginnen maar door onder andere de coronamaatregelen hebben we een beetje vertraging opgelopen. De planning is nu dat we in augustus samenkomen om duidelijke afspraken te maken. In oktober of november gaan we dan starten met de focusgroepen. In totaal hebben we vier focusgroepen van mantelzorgers en twee bijeenkomsten per focusgroep.’’

Wat zijn je verwachtingen van het onderzoek?

‘’Ik hoop op hele eerlijke antwoorden. Dat we een sfeer kunnen creëren waarin iedereen openhartig is. En waar we samen met alle respondenten met oplossingen komen die concreet toepasbaar zijn in de praktijk om deze ouderen te helpen. Daarnaast kunnen we lessen trekken voor toekomstige groepen ouderen die vanwege oorlog en geweld zijn gedwongen om naar Nederland te vluchten.’’

Wat is er nodig om de gezondheid en het welbevinden van deze ouderen te verbeteren? 

‘’Artsen gaan nu niet cultuursensitief met deze groep ouderen om. Dat is een probleem. Als een arts vraagt of er iets aan de hand is, zullen deze ouderen dat ontkennen. Dat deed mijn moeder ook. Er is dus cultuurspecifieke zorg nodig. Zodat een arts of verpleegkundige doorheeft dat ze bijvoorbeeld echt moeten doorvragen bij iemand die uit Nederlands-Indië komt, ook al staat de gevulde koektrommel open op tafel, zijn de haren keurig gekamd en de nagels gelakt. Probeer achter de façade te kijken. En laat de ouderen merken dat je bekend bent met hun cultuur. Als je bijvoorbeeld binnenkomt en je zegt ‘wat ruikt het hier lekker, heeft u deze nasi goreng gemaakt. En maakt u dat met of zonder trassi?’ Dan zie je de mensen meteen helemaal stralen. Dan weet deze oudere: ‘Deze persoon weet waar ik vandaan kom.’ Ik ervaar dat dat echt helpt.’’

Waarom is het Overijsselse project ‘Gezond ouder worden in twee werelden’ nuttig volgens jou?

‘’Het is allereerst heel leuk om andere professionals te ontmoeten. Daar heb je nuttige contacten aan. Het is ook essentieel om elkaar te inspireren. Daarnaast kunnen we van elkaar leren, bijvoorbeeld over elkaars doelgroepen en verschillende oplossingen die misschien ook voor andere groepen werken. En op deze manier kunnen we elkaar scherp houden.’’

Wat hoop je aan het einde van het project bereikt te hebben?

‘’Twee jaar klinkt heel kort. Maar ik hoop dat er dan meer duidelijkheid is gekomen. Over hoe mensen willen wonen en hoe we zorg kunnen bieden. En ik zou graag willen dat we echt iets gerealiseerd hebben. Dat meer mensen in de zorg bijvoorbeeld bewust zijn van de achtergrond van deze ouderen en wat zij hebben doorstaan. En doorvragen en de tijd nemen voor hen. En wanneer het lastig gaat, om het dan met een beetje respect en humor op te lossen. Daarmee hoop ik dat meer mensen sneller ondersteund kunnen worden.’’

Kijk voor meer informatie over het project op: https://www.in2werelden.nl/projecten/ontwikkeling-van-cultuursensitieve-zorg-voor-indisch-molukse-ouderen/

- Mogelijk gemaakt door de province Overijssel -
provincie Overijssel